OPEN BRIEF

OPEN BRIEF

Harm Bruins Slot, Ruurd Bierman & Cees Vis
Raad van Bestuur van de Nederlandse Omroep Stichting
Postbus 26444
1202 JJ Hilversum

11 november 2003

Geachte Raad van Bestuur van de Nederlandse Omroep Stichting,

Hierbij wil ik ernstig protest aantekenen tegen uw handelwijzen ten opzichte van de pers en het Nederlandse parlement. Ik baar me dan ook grote zorgen over uw ultieme doelstellingen voor de voorgenomen bestuurswijzigingen. Ik meen dat u zich in uw persbericht van 3 november 2003 schuldig maakt aan het verdraaien van feiten, negeren van het parlement en
het uzelf toe-eigenen van macht, die thuishoort in de handen van democratisch gekozen organen. Ik schrijf deze brief mede omdat uw voorzitter heeft aangegeven open te staan voor discussie en dialoog.

Volgens de door het parlement aanvaarde en geldende Mediawet is de besturing van de Nederlandse Omroep Stichting (NOS) naar artikel 16 en voornamelijk de artikelen 18, 18a en 18b wettelijk bepaalt. Het betekent dat elke wijziging slechts kan plaatsvinden nadat een meerderheid in het parlement besluit de Mediawet te wijzigen. In artikel 19a lid 1e staan
bovendien de bevoegdheden van de Raad van Bestuur inzake de programmatische verantwoordelijkheden beschreven; ook artikel 20 en 40a en 40b beschrijven de wijze waarop netbesturen en netcoƶrdinatoren worden benoemd en ingevuld. En daarbovenop stelt de mediawet dat statutenwijziging van de Nederlandse Omroep Stichting de instemming van
de minister behoeft.

In uw persbericht van 3 november stelt u als voldongen feit dat de Raad van Toezicht wordt omgevormd tot een Raad van Commissarissen en de Raad van Bestuur wordt versterkt. Wat u in het persbericht stelt kan niet anders worden opgevat dan als een ontkenning van het parlement en de mediawet. Het aankondigen van deze plannen, die onmogelijk zijn zonder
noodzakelijke wetswijziging, kan worden opgevat als onrechtmatig en van geen enkele waarde.

Het is nog opvallender, zo blijkt uit de verkregen toelichtingen, dat uw ‘organen’ er meer -formele- ‘organen’ bij willen plaatsen (College van Voorzitters) en over willen gaan tot de instelling van een netdirectie, alsof genoemde artikelen in de mediawet niet bestaan.

Uw voorlichter licht na doorvragen slechts mondeling toe dat de gedane uitspraken slechts de status van adviezen hebben voor de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid en de
Visitatiecommissie. Toch stelt het persbericht – dat inmiddels in nagenoeg ongewijzigde vorm de meeste kranten heeft gehaald – het voor alsof het voldongen feiten zijn.

Ik wil u met klem verzoeken schriftelijk opheldering te geven aan de pers dat u als Nederlandse Omroep Stichting (NOS) volgens de geldende Mediawet geen zelfstandige bevoegdheden heeft deze structuurwijzigingen te plegen. En dat het daarentegen het Nederlandse parlement is – de enige hiertoe bevoegde instantie – die deze structuurwijzigingen middels wetswijziging kan bewerkstelligen.

Ik vraag dit omdat u in de discussie rondom het Nederlandse publieke omroepbestel, zoals blijkt uit allerlei uitlatingen, niet ingaat op wat het parlement in meerderheid via interviews en uitspraken in de pers heeft gemeld. Wat een ontmanteling van het omroepverenigingenbestel zou inhouden. Het zou u als Nederlandse Omroep Stichting sieren indien u in de discussies niet verwijst naar de door u ingestelde talloze werkgroepen, omroepvoorzitters, politiek, visitatiecommissie en WRR. Die discussie gaat over het fundament van het omroepbestel.

Met de door u gedane persverklaringen gaat u daar dwars doorheen, maar erger nog, u negeert de geuite wil van een meerderheid van het parlement door te doen alsof u zelf bevoegd bent tot het maken van dergelijke structuurwijzigingen.

Ik hoop dat u zich realiseert dat u op misleidende wijze te werk gaat. In een bijlage vind u een redactioneel commentaar dat ik naar aanleiding van de door u gedane aankondigingen heb geschreven.

Ik wacht uw spoedige reactie met veel belangstelling af,

Met vriendelijke groet,
David de Jong,
DutchMedia.

P.s. Naast dit alles wil ik u er bij deze ook op wijzen dat bij wet de
term publieke omroep in Mediawet artikel 1t omschreven wordt en niet
voldoet aan de door u gebezigde terminologie waarin u deze twee
zelfstandige naamwoorden gebruikt.

BIJLAGE: redactioneel commentaar d.d. 3 november 2003

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *