Fabeltjeskabeltjesland…daar lijkt het soms op. VECAI, de koepelvereniging en belangenbehartiger van kabelbedrijven als Casema, UPC, Essent Kabelcom en Multikabel, presenteerde afgelopen dinsdag een aantal uitgangspunten waarmee het hoopt te bewerkstelligen dat het digitale kabeltelevisieprodukt meer zal worden afgenomen en gestimuleerd wordt.
VECAI verklaart in de notitie ‘de kabelsector alle programma-aanbieders die via een digitaal platform willen worden verspreid in ieder geval met open armen zal ontvangen’. Ook stelt VECAI aan een ‘geharmoniseerde visie’ te werken voor een ‘gefaseerde overgang naar een volledige digitale distributie van omroepsignalen’ (via de kabel). VECAI haast zich daarbij door te melden dat de ‘minimum televisiedienst’ (in de vorm van standaard analoog basispakket) beschikbaar blijft. De term standaard analoog basispakket is overigens een contaminatie op zich: ofwel een basispakket ofwel een standaardpakket!
Tevens meldt de kabelsector verenigd in VECAI dat ‘alle beschikbare omroepprogramma’s toegang zullen hebben tot het digitale platform’.
VECAI doet een oproep aan de regering om te investeren in content, met zoveel worden vraagt het om digitale themakanalen door de publieke omroepen.
VECAI gaat echter snel voorbij aan geschiedenis, ideologie-en van verschillende kabelaars en praktische problemen alsmede tarifering en de wijze van het aanbieden van digitale kabeltelevisie.
De geschiedenis leert dat digitale kabeltelevisie meer dan 5 jaar actief is in Nederland zonder enig aantoonbaar succes (geen kabelaar heeft meer dan 10 % van haar abonnees weten te digitaliseren). Dit komt wellicht doordat het produkt digitale kabeltelevisie als secundair produkt wordt aangeboden en niet als primair produkt. Bij alle kabelaars dient extra betaald te worden voor een digitaal kabelsignaal bovenop het analoge kabelsignaal. Deels is daarbij de content dezelfde.
De kabelsector stelt open te staan voor een ieder. Wellicht dat het zinnetje ‘onder door de kabelaars acceptabele voorwaarden en tarieven’ daarbij hoort. De eigenaar van de meeste premiumcontent (sport en films), Canal+ is immers jarenlang verwikkeld in een juridische strijd met UPC over digitale kabel-toegang. Het resultaat daarvan is niet bevorderlijk: Canal+ werkt – als eigenaar van de live Eredivisie voetbalwedstrijden – met eigen digitale kabelontvangers in Amsterdam naast UPC Digital.
Het praten over hoe de tarifering bij analoge kabeltelevisie in relatie tot digitale kabeltelevisie eruit ziet, is niet het favoriete onderwerp van VECAI. Immers bij UPC is de toegang tot digitale kabeltelevisie voorbehouden aan diegenen die 15,20 euro per maand (analoog pakket) + 14,95 euro per maand betalen oftewel in totaal zo’n 30 euro per maand.
Weliswaar denkt UPC erover dit te verlagen (door het digitale tarief iets omlaag te doen), het blijft een forse maandelijkse bijdrage. Het breed toegankelijk maken van een digitaal kabelpakket als PRIMAIR kabelprodukt zal wellicht toch goedkoper moeten worden om een brede massa te bereiken. Het kosteloos meeleveren (inclusief enkele extra zenders) van het digitale kabelsignaal bij een analoog kabelpakket zou een begin kunnen zijn en tegelijkertijd de pijn van de forse analoge tariefsverhogingen verzachten. Het zou VECAI daarnaast sieren indien deze zou stoppen met het verkondigen van de lage tarieven voor televisiekijken ten opzichte van andere landen. Het pareren van deze kwestie wordt steeds makkelijk gemaakt: in Duitsland en het Verenigd Koninkrik zijn de kosten voor een breed pakket 0 euro per maand bij DVB-T en (in Duitsland) satellietontvangst.
Enigszins optimistisch, maar tegelijkertijd naief is het om te denken dat de regering extra financiële ruimte heeft voor de publieke omroepsector voor de creatie van digitale themakanalen. Immers de publieke omroepsector is eerder bezig te bezuinigen en sommige taken af te bouwen, dan forse uitbreiding te voorzien. De vraag bij digitale content is in hoeverre kabelaars in het digitale kabeldomein tot monopolisering van signalen overgaan. Nu al is het met sommige zenders zo dat deze exclusief via de kabel beschikbaar zijn en kijkers via andere infrastructuren het nakijken hebben, terwijl bijv. de satelliet met meer dan 550.000 huishoudens een interessantere digitale doelgroep dan de kabelklanten kan zijn….
Naast dit alles bestaat de onderlinge technische en inhoudelijke verdeeldheid tussen kabelaars waarbij kabelklanten afhankelijk zijn waar ze zich bevinden om het aanbod van digitale kabelpakketten te kunnen beoordelen.
Waar VECAI wellicht een punt heeft, is het probleem van de auteursrechten. Ook Digitenne en initiatieven als gemeenschappelijke satellietinstallaties kampen met een soortgelijke problematiek.
Kortom, ruimte tot discussie en hopelijk actie!?….
De VECAI nota is hier te vinden.